Otje Pietje

19 oktober 2018 - Herräng, Zweden

Omdat het weer zo zomers is en ons visum voor Azerbeidzan nog niet binnen is besluiten we nog even aan de kust te blijven. Het wordt badplaats Kobuleti, halverwege Poti en Batumi. We laten ons professioneel door de marshrutka voor het luxe hotel afzetten en niet veel later liggen we op een gehuurd bedje op de keien. De zee is zo vlak als een lari en het silhouet van Batumi tekent zich af in de heiïge verte. Wie doet ons wat? Wanneer we terugkomen op onze heerlijke hotelkamer met grote openslaande deuren met uitzicht op zee, neemt Patrick een douche. Binnen de kortste keren loopt het water de badkamer in en er verspreidt zich een smerige putlucht. Zo extreem dat er niets anders opzit dan ons beklag te doen. Het wordt ‘opgelost ‘ door flink wat bleekwater in de afvoer te gooien waardoor de stank verdwijnt. Later zien we dat overal in het hotel moedwllig gaten in de plafonds zijn gezaagd om bij de leidingen te kunnen komen. Een pracht hotel voor het oog maar in werkelijkheid compleet waardeloos. We noemen het voortaan het Façade-Hotel. Zo zijn ons fietsen beloofd. Het lijkt ons heerlijk om de boulevard af te fietsen. We willen naar een visrestaurant verderop. Volgens Trip Advisor een must. Patrick heeft een fiets die doortrapt en binnen enkele honderden meters met een lekke band staat. Al steppend gaat hij verder. Helaas is het visrestaurant gesloten. Met zweet op zijn rug omdat hij mij achterop heeft op de goede fiets en ook nog eens de fiets met lekke band in zijn rechterhand meesleept, komen we terug bij het Façade-hotel. Zonder iets te zeggen plaatsen we de fietsen terug op de binnenplaats. Patrick beent weg. Zijn lichaamstaal spreekt voor zich. Te voet dan maar naar een andere favoriet van Trip Advisor. Eveneens gesloten. Patrick zegt dan altijd: ‘The kashba is closed’. Er is wat gedruis op straat. Een ruimte is opgetuigd als een soort stemlokaal. Er zitten 3 heren achter laptops en er hangen affiches met het bolle, bebrilde gelaat van een politicus die wij ‘de uilenman’ noemen. Op straat zijn deze verkiezingsposters nogal eens beklad met kreten als ‘KGB’ of vervangen door spotprenten waarop ’uilenman’ als een pop door Poetin bepoteld wordt en een vlaggetje met ‘FSB’ in zijn knuistjes houdt. Patrick wil de heren graag vragen waarom hun coryfee zo gewantrouwd wordt maar men spreekt geen woord over de grens. Ze bellen een soort persvoorlichtster die in uitstekend Engels vertelt dat de heren vrijwilligers werven voor de presidentsverkiezingen van 28 oktober a.s., dat de spotprenten Russische propaganda zijn, dat ‘uilenman’ pro-Europees is en volgens de peilingen een goede kans maakt. Patrick denkt er het zijne van maar laat zijn mailadres achter. Er is op internet praktisch geen informatie over de presidentskandidaten en hun posities. Patrick blijft zoeken en komt hierop terug. We blijven twee nachten in Kobuleti. Aan het strand is het zo lekker. Voor luttele lari’s laat ik mijn snor en baard verwijderen, heb ik een nieuw kapsel en wenkbrauwen in de perfecte vorm. Ze zijn wel erg zwart maar dat slijt ...Patrick is in de tijd dat ik bij de Beautysalon ben bij de printshop om onze visa voor Azerbeidzjan te laten printen. Trots dat ook dit gelukt is komt hij ze showen. ‘We gaan naar Baku toe! we gaan naar Baku toe!’